Noordoost-Afrikaanse grootoorvleermuis
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- Noord·oost·Afri·kaan·se groot·oor·vleer·muis
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Noordoost-Afrikaanse grootoorvleermuis | Noordoost-Afrikaanse grootoorvleermuizen |
verkleinwoord | Noordoost-Afrikaans grootoorvleermuisje | Noordoost-Afrikaanse grootoorvleermuisjes |
Zelfstandig naamwoord
de Noordoost-Afrikaanse grootoorvleermuis v / m
- (vleermuizen) Plecotus christiei een vleermuis uit het geslacht der grootoorvleermuizen (Plecotus) die voorkomt in de Libische en Nubische Woestijn, de Nijlvallei van Egypte en Soedan, de Sinaï en mogelijk ook Israël, Jordanië en Syrië. Deze laatste populaties zijn voorheen tot "Plecotus austriacus christii" gerekend en lijken daar ook op, maar veel van de maten van deze dieren zijn anders, zodat het nog onduidelijk is of we ze wel P. christii vertegenwoordigen. P. christii werd tot 2004 als een ondersoort van de grijze grootoorvleermuis (P. austriacus) gezien en wordt nu nog steeds tot de P. austriacus-groep gerekend
Hyperoniemen
- grootoorvleermuizen, gladneuzen, vleermuizen, placentadieren, zoogdieren, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren
Gangbaarheid
- Het woord 'Noordoost-Afrikaanse grootoorvleermuis' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.