Lieder

Uit WikiWoordenboek
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Pennsylvania-Duits

Uitspraak
Woordafbreking
  • Lie·der

Zelfstandig naamwoord

Lieder

  1. onzijdig meervoud van Lied
    «Die Schtudente hen dreizeh Lieder gsunge.»
    De studenten hebben dertien liederen gezongen.