Halloween
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- Hal·lo·ween
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Halloween | Halloweens |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
Halloween m
- (feest) griezelig verkleedfeest, oorspronkelijk uit de Angelsaksische wereld, dat gevierd wordt op de vooravond van Allerheiligen
- Met Halloween verkleden mensen zich zo griezelig mogelijk.
Afgeleide begrippen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord Halloween staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Engels
Uitspraak
- Geluid: Halloween (VS) (hulp, bestand)
- IPA: /ˌhæləˈwiːn/
Woordafbreking
- Hal·low·een
Woordherkomst en -opbouw
- van All-Hallow-even, letterlijk "Allerheiligenavond"
enkelvoud | meervoud |
---|---|
Halloween | Halloweens |
Zelfstandig naamwoord
Halloween
- Halloween, de avond van 31 oktober, waarop kinderen griezelig verkleed langs de deuren gaan en snoep uitgedeeld krijgen, de vooravond van Allerheiligen op 1 november
Overerving en ontlening
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Feest in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Woorden in het Engels
- Woorden in het Engels van lengte 9
- Woorden in het Engels met audioweergave
- Woorden in het Engels met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Engels