Deen
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: Deen (hulp, bestand)
- IPA:
- (Noord-Nederland): /den/, /deɪ̯n/
- (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /deːn/
Woordafbreking
- Deen
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Deen | Denen |
verkleinwoord | Deentje | Deentjes |
Zelfstandig naamwoord
Deen m
- (demoniem) een inwoner van Denemarken
Verwante begrippen
Demoniemen bij Denemarken in het Nederlands | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Vertalingen
1. een inwoner van Denemarken
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord Deen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.