Categorie:Voorvoegsel con- in het Nederlands
Uiterlijk
Deze categorie bevat het huidige woordenbestand (gerelateerd) aan woorden met het voorvoegsel con- in het Nederlands.
Pagina’s in categorie "Voorvoegsel con- in het Nederlands"
Deze categorie bevat de volgende 141 pagina’s, van de 141 in totaal.
C
- concelebrant
- concelebratie
- concelebreren
- concentreren
- concept
- conceptie
- concessie
- concessief
- concessionaris
- concies
- concilie
- conciërge
- conclusie
- conclusief
- concordantie
- concubine
- condensator
- condenseren
- condiment
- conditioneel
- conditioneren
- condoleren
- conductantie
- conducteur
- conductor
- conductrice
- confabuleren
- confectie
- confectioneren
- confectioneur
- confederalisme
- conferentie
- confidentieel
- confirmatief
- confirmeren
- confiseur
- confisqueren
- confituur
- conformeren
- conformiteit
- confronteren
- confrère
- confusie
- congenialiteit
- conglomereren
- congregatie
- congruent
- congrueren
- conjugeren
- conjunct
- conjunctivitis
- conjunctureel
- conjunctuur
- connectie
- connectief
- connector
- connexiteit
- connoteren
- conrector
- conrectrix
- consacreren
- conscriptie
- consecreren
- consecutief
- consensueel
- conservatief
- conservator
- conservatorium
- conservatrice
- consignant
- consigneren
- consistentie
- consolideren
- consonant
- consortium
- conspiratie
- conspiratief
- conspireren
- constateren
- constateur
- constellatie
- constitueren
- constitutie
- constitutief
- constructie
- constructief
- construeren
- consultancy
- consultant
- consultatie
- consultatief
- consulteren
- consumeren
- consummeren
- consumptie
- consumptief
- contact
- contacteren
- container
- contaminant
- contamineren
- contemplatie
- contemplatief
- contempleren
- contemporain
- contestant
- contesteren
- contextueel
- contingent
- contingentie
- continu
- continuant
- continueren
- continuüm
- conto
- contractant
- contracteren
- contractie
- contractueel
- contraheren
- contrasteren
- contribuant
- contribueren
- controleren
- controleur
- controversie
- convalescent
- conveniëren
- convent
- conventie
- conventioneel
- converseren
- conversie
- converteren
- convertibel
- convict
- convocaat
- convoceren
- convoluut
- convulsie
- convulsief