99-jarige

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • 99-ja·rige
Woordherkomst en -opbouw

Bijvoeglijk naamwoord

99-jarige

  1. verbogen vorm van de stellende trap van 99-jarig
    • De vulkaan werd weer actief na een 99-jarige periode zonder uitbarstingen. 
Schrijfwijzen
enkelvoud meervoud
naamwoord 99-jarige 99-jarigen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de 99-jarigev / m

  1. persoon die 99 jaar oud is of iets dat 99 jaar bestaat
    • De 99-jarige heeft zijn vijf jaar jongere echtgenote tijdens zijn studie in Deventer leren kennen. 
Schrijfwijzen

Gangbaarheid