17-jarig
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: 17-jarig (hulp, bestand)
- IPA: / ˈzevə(n)tinˌjarəx / (5 lettergrepen); soms met nadruk ter onderscheiding van 'negentienjarig': /ˈzøvənˌtinjarəx/
Woordafbreking
- 17-ja·rig
Woordherkomst en -opbouw
stellend | |
---|---|
onverbogen | 17-jarig |
verbogen | 17-jarige |
partitief | 17-jarigs |
Bijvoeglijk naamwoord
17-jarig
- 17 jaren durend
- Gedurende dit 17-jarig tijdperk heerste er vrede.
- met de leeftijd van 17 jaar
- Een 17-jarig meisje heeft de wedstrijd gewonnen.
Schrijfwijzen
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 17-jarig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.