1-jarige
Uiterlijk
- 1-ja·ri·ge
1-jarige
- verbogen vorm van de stellende trap van 1-jarig
- Na een 1-jarige arbeidsovereenkomst kreeg zij een vaste baan.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | 1-jarige | 1-jarigen |
verkleinwoord |
- persoon die 1 jaar oud is of iets dat 1 jaar bestaat
- De 1-jarige zat in de buggy en keek nieuwsgiering om zich heen.
- Het woord 1-jarige staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 4 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Achtervoegsel -e in het Nederlands
- Bijvoeglijknaamwoordsvorm in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal