Naar inhoud springen

θεός

Uit WikiWoordenboek

θεός m / v

  1. god / godin
    «Κέκλυτέ μευ, πάντες τε θεοὶ, πᾶσαί τε θέαιναι,[1]»
    Hoor mij, all u goden en al u godinnen,
  • Latijnse transcriptie: theos


  1. Ilias VIII -5