častý

Uit WikiWoordenboek

Slowaaks

Uitspraak
  • IPA: /tʃastiː/
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Protoslavische čęstь.

Bijvoeglijk naamwoord

častý

  1. herhaaldelijk, geregeld, frequent, veelvuldig
  2. gewoonlijk, gebruikelijk, normaal
Afgeleide begrippen


Tsjechisch

Uitspraak


Woordafbreking
  • ča·s·tý
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Protoslavische čęstь.

Bijvoeglijk naamwoord

častý

  1. herhaaldelijk, geregeld, frequent, veelvuldig
  2. gewoonlijk, gebruikelijk, normaal
Verbuiging


Vervoeging
Synoniemen
  1. hojný, opakovaný, pravidelný
  2. běžný, hojný, normální, obvyklý, rozšířený
Antoniemen
  1. občasný, sporadický
  2. nečastý, řídký, výjimečný, vzácný
Afgeleide begrippen
Typische woordcombinaties
  • častý host - vaste gast
  • častý výskyt - frequente gebeurtenis
Verwante begrippen


Verwijzingen