økonomiske

Uit WikiWoordenboek

Deens

Woordafbreking
  • øko·no·mis·ke
Woordherkomst en -opbouw
  • Deense bijvoeglijk-naamwoordsvorm met het voorvoegsel øko-
Naar frequentie 6374

Bijvoeglijk naamwoord

økonomiske, g / o

  1. bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van økonomisk

økonomiske, mv

  1. onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van økonomisk


Noors

Woordafbreking
  • øko·no·mis·ke
Woordherkomst en -opbouw
  • Noorse bijvoeglijk-naamwoordsvorm met het voorvoegsel øko-
Naar frequentie 6876

Bijvoeglijk naamwoord

økonomiske, m / v / o

  1. bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van økonomisk

økonomiske, mv

  1. onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van økonomisk


Nynorsk

Woordafbreking
  • øko·no·mis·ke
Woordherkomst en -opbouw
  • Nynorske bijvoeglijk-naamwoordsvorm met het voorvoegsel øko-

Bijvoeglijk naamwoord

økonomiske, m /v / o

  1. bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van økonomisk

økonomiske, mv

  1. onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van økonomisk