zuurte
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- zuur·te
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zuurte | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de zuurte m
- mate waarin iets zuur is, de zuurgraad of zuurtegraad
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'zuurte' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.