zelfontbranding

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zelf·ont·bran·ding
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zelfontbranding zelfontbrandingen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de zelfontbrandingv

  1. het spontaan in brand schieten van een substantie
    • Bij opslag van grote hoeveelheden brandbaar materiaal is het niet altijd eenvoudig zelfontbranding te voorkomen als ontwikkelde warmte slecht afgevoerd word. 

Meer informatie

Gangbaarheid