zakmes

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zak·mes
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zakmes zakmessen
verkleinwoord zakmesje zakmesjes

Zelfstandig naamwoord

het zakmeso

  1. een klein invouwbaar mes, vaak met extra gereedschappen
    • Op een survivaltocht is een zakmes één van de belangrijkste spullen. 
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be