zadelpijn

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • za·del·pijn
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zadelpijn zadelpijnen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de zadelpijnv / m

  1. de pijnlijke gevolgen van het langdurig in het zadel zitten wanneer men daaraan niet gewend is
    • Na die fietstocht hadden we allemaal zadelpijn. 
Vertalingen

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be