wormwiel

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • worm·wiel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord wormwiel wormwielen
verkleinwoord wormwieltje wormwieltjes

Zelfstandig naamwoord

het wormwielo

  1. (techniek) tandwiel waarin de gang van een schroef zonder eind grijpt (de worm), die dit in beweging brengt of erdoor wordt aangedreven.
    • Dit onderdeel onderscheidt zich niet veel van een gewoon tandwiel maar wordt toch '''wormwiel''' genoemd. 
Vertalingen

Gangbaarheid

48 % van de Nederlanders;
63 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be