woensdag

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • woens·dag
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord woensdag woensdagen
verkleinwoord woensdagje woensdagjes

Zelfstandig naamwoord

de woensdagm

  1. (tijdrekening), (dag) een dag van de week die na dinsdag en voor donderdag komt
    • Op woensdag hebben leerlingen slechts een halve dag school. 
Schrijfwijzen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen


Achterhoeks

enkelvoud meervoud
naamwoord woensdag woensdagen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

woensdag

  1. (tijdrekening)(dag) woensdag; een dag van de week die na dinsdag en voor donderdag komt


Gronings

Zelfstandig naamwoord

woensdag

  1. (tijdrekening)(dag) woensdag; een dag van de week die na dinsdag en voor donderdag komt
Schrijfwijzen


Nedersaksisch

enkelvoud meervoud
naamwoord woensdag woensdagen / woensdaege
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

woensdag

  1. (tijdrekening)(dag) woensdag; een dag van de week die na dinsdag en voor donderdag komt
Schrijfwijzen
Synoniemen

Meer informatie


Sallands

Zelfstandig naamwoord

woensdag

  1. (tijdrekening)(dag) woensdag; een dag van de week die na dinsdag en voor donderdag komt


Stellingwerfs

Zelfstandig naamwoord

woensdag

  1. (tijdrekening)(dag) woensdag; een dag van de week die na dinsdag en voor donderdag komt
Verwante begrippen


Surinaams

Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

woensdag

  1. woensdag


Dagen in het Surinaams
munde
maandag
tudewroko, dinsdag
dinsdag
dridewroko, woensdag
woensdag
fodewroko, donderdag
donderdag
freida
vrijdag
satra, sabat, sabatdei
zaterdag
sonde
zondag


Twents

Zelfstandig naamwoord

woensdag

  1. (tijdrekening)(dag) woensdag; een dag van de week die na dinsdag en voor donderdag komt
Schrijfwijzen
Synoniemen


Urkers

Zelfstandig naamwoord

woensdag

  1. (tijdrekening)(dag) woensdag; een dag van de week die na dinsdag en voor donderdag komt
Schrijfwijzen


Veluws

Zelfstandig naamwoord

woensdag

  1. (tijdrekening)(dag) woensdag; een dag van de week die na dinsdag en voor donderdag komt
Schrijfwijzen

Meer informatie