wildernis

Uit WikiWoordenboek
Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: wilderness

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • wil·der·nis
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘woest gebied, plek waar alles in het wild groeit’ voor het eerst aangetroffen in 1185 [1]
  • Naamwoord van handeling van wild met het achtervoegsel -nis met het invoegsel -er-
enkelvoud meervoud
naamwoord wildernis wildernissen
verkleinwoord wildernisje wildernisjes

Zelfstandig naamwoord

de wildernisv

  1. een gebied dat weinig door de mens geregeld is
    • Hij trok zich enige tijd terug in de wildernis. 
     Ik wilde met mijn hele hebben en houden op mijn rug in de overweldigende wildernis van Amerika slapen onder de sterren, nieuwe mensen ontmoeten, alleen met mijn gedachten door de bossen lopen en de vrijheid hebben om te gaan en te staan waar ik wilde.[2]
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen