waai om
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- waai om
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
omwaaien |
waai om
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omwaaien
- Ik waai om.
- gebiedende wijs van omwaaien
- Waai om!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omwaaien
- Waai je om?
Gangbaarheid
- Het woord waai om staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.