voer op

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • voer op
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
opvaren

voer op

  1. enkelvoud verleden tijd van opvaren
    • Ik voer op. 
    • Jij voer op. 
    • Hij, zij, het voer op. 

Werkwoord

vervoeging van
opvoeren

voer op

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvoeren
    • Ik voer op. 
  2. gebiedende wijs van opvoeren
    • Voer op! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvoeren
    • Voer je op? 


Gangbaarheid