vodderig
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- vod·de·rig
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | vodderig | vodderiger | vodderigst |
verbogen | vodderige | vodderigere | vodderigste |
partitief | vodderigs | vodderigers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
vodderig [1]
- slap, slecht, vies, kapot zoals past bij een oude versleten lap textiel
- ▸ Vooralsnog voelde ik me wel erg vodderig van de chemoradiatie.[2]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord vodderig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vodderig" herkend door:
73 % | van de Nederlanders; |
58 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “'Bij je volle bewustzijn je laatste roman schrijven, dat leek me een opdracht waartegen ik niet was opgewassen'” (30 maart 2018), de Volkskrant
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be