visolie

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Visoliecapsules
Uitspraak
Woordafbreking
  • vis·olie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord visolie visolies
visoliën
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

visolie v/m [1]

  1. (voeding) geraffineerde olie afkomstig uit vissen
    • Door de groeiende wereldbevolking (naar 9 miljard mensen in 2050) is meer voedsel nodig. Bovendien groeit de welvaart, verwacht wordt dat in 2030 de koopkracht wereldwijd met 172 procent is gestegen. Onder die nieuwe middenklasse, met name in opkomende economieën, verandert het voedselpatroon. Ze gebruiken meer dierlijke eiwitten en vetten, waarvoor veel meer grondstoffen nodig zijn. Daarnaast neemt de druk op landbouw en visserij toe om maatregelen te nemen tegen de uitstoot van broeikasgassen die leiden tot klimaatverandering, tegen uitputting van landbouwgrond, excessief watergebruik en overbevissing. KPMG onderzocht voor drie grondstoffen – soja, suiker en visolie – hoe de leveringszekerheid gegarandeerd kan worden zonder dat het milieu al te zeer wordt aangetast. [2] 
     Elke doos bevatte ontbijtrepen, noten, rozijnen, tortillas en noodles, aangevuld met wc-papier en pillen zoals vitamines en visolie.[3]
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
95 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. NRC 26 mei 2014
  3. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be