vibrator

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vi·bra·tor
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vibrator vibratoren
vibrators
verkleinwoord vibratortje vibratortjes

Zelfstandig naamwoord

de vibratorm [3]

  1. (techniek) apparaat dat mechanische trillingen voortbrengt
  2. (seksualiteit) staafvormig toestel (dildo) met batterij en motor dat trilt voor sensuele prikkeling
Hyponiemen
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen


Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • vi·bra·tor
Woordherkomst en -opbouw
Naar frequentie 47755
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   vibrator     vibratoren     vibratorer     vibratorene  
genitief   vibrators     vibratorens     vibratorers     vibratorenes  

Zelfstandig naamwoord

vibrator, m

  1. (elektronica) een omvormer die gelijkstroom omzet in wisselstroom
  2. (seksualiteit) vibrator, een hulpmiddel voor seksuele stimulatie en bevrediging
  3. (techniek) vibrasjonsmaskin, gebruikt in ijzergieterijen of bij het storten van beton
Synoniemen


Nynorsk

Uitspraak
Woordafbreking
  • vi·bra·tor
Woordherkomst en -opbouw
Naar frequentie 47755
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   vibrator     vibratoren     vibratorar     vibratorane  

Zelfstandig naamwoord

vibrator, m

  1. (elektronica) een omvormer die gelijkstroom omzet in wisselstroom
  2. (seksualiteit) vibrator, een hulpmiddel voor seksuele stimulatie en bevrediging
  3. (techniek) trilapparaat, gebruikt in ijzergieterijen of bij het storten van beton