veteraan

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ve·te·raan
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘oud-militair’ voor het eerst aangetroffen in 1823 [1]
  • Oorspronkelijk van Latijnse vetus (oud) met het achtervoegsel -aan [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord veteraan veteranen
verkleinwoord veteraantje veteraantjes

Zelfstandig naamwoord

de veteraanm

  1. (militair) een voormalig militair die gevochten heeft, een uitgediend krijgsman
  2. een ervaren en oud persoon in een bepaald onderwerpgebied, zoals een sporter, geleerde, etc.
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen