verwekt

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·wekt
Woordherkomst en -opbouw
  • vervoeging van verwekken: de stam met de uitgang -t, zonder ge- vanwege voorvoegsel

Werkwoord

vervoeging van
verwekken

verwekt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verwekken
    • Jij verwekt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verwekken
    • Hij verwekt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van verwekken
    • Verwekt! 
vervoeging van: verwekken…
verbogen vorm: verwekte

verwekt

  1. voltooid deelwoord van verwekken