vertrouwend
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: vertrouwend (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ver·trou·wend
Werkwoord
vervoeging van: | vertrouwen |
verbogen vorm: | vertrouwende |
vertrouwend
vervoeging van: | vertrouwen |
verbogen vorm: | vertrouwende |
vertrouwend