verminkte

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·mink·te

Werkwoord

vervoeging van
verminken

verminkte

  1. enkelvoud verleden tijd van verminken
    • Ik verminkte. 
    • Jij verminkte. 
    • Hij, zij, het verminkte. 
  2. verbogen vorm van verminkt, voltooid deelwoord van verminken

Bijvoeglijk naamwoord

verminkte

  1. verbogen vorm van de stellende trap van verminkt

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be