verlakken

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  verlakken    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ver·lak·ken

Woordherkomst en -opbouw

• In de betekenis van ‘bedriegen’ voor het eerst aangetroffen in 1521
• afgeleid van lakken met het voorvoegsel ver-

stamtijd
onbepaalde wijs	verleden tijd	voltooid deelwoord
verlakken	verlakte	verlakt
zwak -t	volledig

Werkwoord

verlakken

1. overgankelijk (informeel) bedriegen, beetnemen
2. overgankelijk met lak overdekken, vernissen

Verwante begrippen

• beetnemen, smokkelen, verlokken

Afgeleide begrippen

• verlakker, verlakkerij, verlakking, verlaksel, verlakster, verlakwerk

Verwante begrippen

• beetneming, doorsmokkelen, smokkelaar, smokkeling

Vertalingen

    1.   

Engels: take in (en)

Spaans: engañar (es)

    2. met lak overdekken   

Engels: lacquer (en), varnish (en)

Gangbaarheid

• Het woord verlakken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "verlakken" herkend door:

78 %	van de Nederlanders;
73 %	van de Vlamingen.