verkrachtbaar

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  verkrachtbaar    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ver·kracht·baar

Woordherkomst en -opbouw

• Naamwoord van handeling van verkrachten met het achtervoegsel -baar

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	verkrachtbaar	verkrachtbaarder	verkrachtbaarst
verbogen	verkrachtbare	verkrachtbaardere	verkrachtbaarste
partitief	verkrachtbaars	verkrachtbaarders	-

Bijvoeglijk naamwoord

verkrachtbaar

1. (verouderd) met geweld inneembaar

   • Derhalven, vindende alle toegangen der stadt gestopt, besluyt hy eenen torn op 's vyands borstweeren, en proef te doen, oft ze verkrachtbaar waaren; al zoud' het hem 't beste deel van zynen volke kosten.  

2. geschikt of in een positie om verkracht te worden

   • Nu hun bescherming was weggevallen voelden zij zich erg verkrachtbaar. 

Vertalingen

    2. geschikt of in een positie om verkracht te worden   

Engels: rapable (en)

Gangbaarheid

• Het woord 'verkrachtbaar' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.