verkleuren

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  verkleuren    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ver·kleu·ren

Woordherkomst en -opbouw

• afgeleid van kleur met het voorvoegsel ver- met het achtervoegsel -en

stamtijd
onbepaalde wijs	verleden tijd	voltooid deelwoord
verkleuren	verkleurde	verkleurd
zwak -d	volledig

Werkwoord

verkleuren

1. onovergankelijk van kleur veranderen

   ▸ Het waren twee zwarte beren die door de felle zon goudbruin waren verkleurd.

Verwante begrippen

• kwijnen, verdorren, verflensen, verleppen, verwelken

Afgeleide begrippen

• verkleurbaar, verkleurbloem, verkleuring

Vertalingen

    1.   

Spaans: desteñirse (es)

Gangbaarheid

• Het woord verkleuren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "verkleuren" herkend door:

99 %	van de Nederlanders;
100 %	van de Vlamingen.