verheerlijkten

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·heer·lijk·ten

Werkwoord

vervoeging van
verheerlijken

verheerlijkten

  1. meervoud verleden tijd van verheerlijken
    • Wij verheerlijkten. 
    • Jullie verheerlijkten. 
    • Zij verheerlijkten.