vergunningplicht
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ver·gun·ning·plicht
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van vergunning en plicht
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vergunningplicht | vergunningplichten |
verkleinwoord | vergunningplichtje | vergunningplichtjes |
Zelfstandig naamwoord
- de plicht om ergens een vergunning voor aan te vragen
Gangbaarheid
- Het woord vergunningplicht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.