verdraait
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ver·draait
Werkwoord
vervoeging van |
---|
verdraaien |
verdraait
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verdraaien
- Jij verdraait.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verdraaien
- Hij verdraait.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van verdraaien
- Verdraait!