uitzonderlijk

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • uit·zon·der·lijk
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen uitzonderlijk uitzonderlijker uitzonderlijkst
verbogen uitzonderlijke uitzonderlijkere uitzonderlijkste
partitief uitzonderlijks uitzonderlijkers -

Bijvoeglijk naamwoord

uitzonderlijk

  1. niet alledaags, niet gewoon
    • Hij heeft daarmee een uitzonderlijke prestatie geleverd. 
     NOS-weerman Marco Verhoef laat op Twitter zien dat er in Brabant lokaal windstoten met uitschieters van 110 kilometer per uur zijn gemeten. Dat is volgens hem vrij uitzonderlijk voor deze tijd van het jaar.[1]
     De eremedaille wordt toegekend aan personen met uitzonderlijke verdiensten op het gebied van kunst en wetenschap.[2]

Bijvoeglijk naamwoord

uitzonderlijk

  1. niet alledaags, niet gewoon
     Het pad liep langs het beroemde Crater Lake, een prachtige vulkaankrater gevuld met uitzonderlijk helder, blauw water.[3]
     De boeken hebben één ding gemeen: je zou ‘enorm veel missen als je ze in de originele taal zou lezen, in ieder geval de uitzonderlijk eigen stijl waarin ze geschreven zijn’.[4]
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[5]

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 19 mei 2022 Weblink bron “KNMI: code oranje in het zuidoosten vanwege zware onweersbuien” (19 mei 20), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 26 juni 2022 Weblink bron “Introdans-oprichter Ton Wiggers krijgt koninklijke onderscheiding en erepenning” (26 juni 2022), NU.nl
  3. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  4. Bronlink Weblink bron
    Emilia Menkveld
    “Vijf Nederlandse vertalers maken kans op Filterprijs 2020” (13 maart 2020), de Volkskrant
  5. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be