traditioneel

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  traditioneel    (hulp, bestand)
• IPA: /tradisʲoˈnel/, /tradiʦʲoˈnel/

Woordafbreking

• tra·di·ti·o·neel

Woordherkomst en -opbouw

• Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘berustend op overlevering’ voor het eerst aangetroffen in 1824
• afkomstig uit Frans traditionnel
• samengesteld met traditie met het achtervoegsel -io en met het achtervoegsel -eel

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	traditioneel	traditioneler	traditioneelst
verbogen	traditionele	traditionelere	traditioneelste
partitief	traditioneels	traditionelers	-

Bijvoeglijk naamwoord

traditioneel

1. zoals de gewoonte dat meebrengt, van oudsher gewoon

   • Zij onthulde mij het traditionele recept, zoals het al eeuwenlang bestaat. 

   ▸ De Camino del Norte heeft veel voordelen ten opzichte van de traditionele Camino Frances, die naar Santiago de Compostela loopt.

   ▸ Ik hoop dat ik niet ongelegen kom, mijn naam is Eric Lauritzen en ik ben ruim op tijd gekomen om Ahlén & Akerlunds traditionele kerstmagazines aan te bieden.

Afgeleide begrippen

• traditioneel-christelijk

Vertalingen

    1. zoals de gewoonte dat meebrengt, van oudsher   

Afrikaans: tradisioneel (af) Duits: traditionell (de) Engels: traditional (en) Frans: traditionnel (fr) Italiaans: tradizionale (it)

Pools: tradycyjny (pl) Portugees: tradicional (pt) Spaans: tradicional (es) Zweeds: traditionell (sv)

Gangbaarheid

• Het woord traditioneel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "traditioneel" herkend door:

99 %	van de Nederlanders;
100 %	van de Vlamingen.