tictaquer

Uit WikiWoordenboek

Frans

Uitspraak
stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
tictaquer
/tik.ta.ke/
tictaquais
/tik.ta.kɛ/
tictaqué
/tik.ta.ke/
eerste groep volledig

Werkwoord

tictaquer

  1. tikken, een tikkend geluid maken.
    «La gaze blanche était inondée de son sang, qui dégoulinait en grosses gouttes dans une cuvette en émail posée par terre, à côté du lit, avec un bruit d'horloge déréglée, tictaquant au milieu de ses gémisements. [1]»
    Het blanke gaas was doordrenkt met zijn bloed, dat met grote druppels in een emaille bakje op de grond droop, naast het bed, een tikkend geluid voortbrengend als van een slechtlopend uurwerk te midden van zijn gekreun.

Verwijzingen

  1. Dai Sijie, Balzac et la Petite Tailleuse chinoise, 2000, ISBN 2070757625)