thiocarbonaat
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- thio·car·bo·naat
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | thiocarbonaat | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het thiocarbonaat o
- (scheikunde) zout van thiocarbolzuur
Gangbaarheid
- Het woord 'thiocarbonaat' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.