tevredenstelden

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • te·vre·den·stel·den

Werkwoord

vervoeging van
tevredenstellen

tevredenstelden

  1. (in een bijzin) meervoud verleden tijd van tevredenstellen
    • ...dat wij tevredenstelden. 
    • ...dat jullie tevredenstelden. 
    • ...dat zij tevredenstelden.