tergend

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ter·gend
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van: tergen
verbogen vorm: tergende

tergend

  1. onvoltooid deelwoord van tergen
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen tergend tergender tergendst
verbogen tergende tergendere tergendste
partitief tergends tergenders -

Bijvoeglijk naamwoord

tergend

  1. op een ergerlijke manier
    • Koning Willem-Alexander heeft gereageerd op de aanslag in Nice. "Ons hart gaat uit naar de slachtoffers van de aanslag in Nice. Frankrijk werd op de dag van zijn nationale feestdag zwaar getroffen. Wij leven intens mee met allen die nu rouwen om hun dierbaren of in tergende onzekerheid verkeren", staat in een verklaring. [1] 
    • Misschien is het in uw ogen een al te intieme onthulling, maar ik kon er niks aan doen. Ooit besloot de NS Sprinters uit te rusten zonder wc. En daar zit je dan, met tergende aandrang. Je bent overgestapt uit een intercity, waarin een rode sticker op de wc-deur met Defect je laatste restje hoop op een plas heeft weggevaagd. [2] 
    • Sommige mensen voelen zich van hooikoorts zo belabberd dat ze zich ziek moeten melden. Twee ontstoken ogen van de jeuk en het wrijven, tergende jeuk aan het gehemelte, een snotneus die niet wil stoppen. [3] 
Synoniemen
Hyponiemen
Vertalingen

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
95 % van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

  1. Tubantia 10 januari 2017 Koning leeft 'intens' mee met Frankrijk
  2. Tubantia A. Gelder 21 september 2017 'Ik beken: ik heb in de stoptrein in mijn broek geplast'
  3. Tubantia A. Brandriet & C. van der Wal 1 juni 2018 Hooikoorts: het wordt alleen maar erger
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be