syncretisme

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • syn·cre·tis·me
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het modern Latijn, in de betekenis van ‘vermenging van begrippen’ voor het eerst aangetroffen in 1847 [1]
  • afgeleid van het Griekse 'kerannumi' [ik meng] met het voorvoegsel syn- (met het achtervoegsel -isme) [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord syncretisme -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het syncretismeo

  1. (filosofie) (religie) de versmelting van wijsgerige en religieuze opvattingen en meningen van verschillende herkomsten, zonder dat er een synthese bereikt wordt
    • Voorgaan in het Onze Vader en daarna d'noaln roop is een staaltje Twents "syncretisme". 
  2. (taalkunde) de samensmelting van naamvallen in een taal
    • Hij wist niet of syncretisme bestond in het Lezgi. 
Vertalingen

Gangbaarheid

51 % van de Nederlanders;
50 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen