synchroniseren

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • syn·chro·ni·se·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
synchroniseren
synchroniseerde
gesynchroniseerd
zwak -d volledig

Werkwoord

synchroniseren

  1. overgankelijk het tijdsverloop van processen op elkaar afstemmen, technisch meestal gerealiseerd door alle processen synchroon te laten lopen op een klok (-> klokpuls)
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be