suikergast
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: suikergast (hulp, bestand)
Woordafbreking
- sui·ker·gast
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van suiker en gast [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | suikergast | suikergasten |
verkleinwoord | suikergastje | suikergastjes |
Zelfstandig naamwoord
de suikergast m
- (zilvervisjes) kruipend insect dat op suiker verzot heet te zijn, Lepisma saccharina
Synoniemen
Vertalingen
1. zie: zilvervisje
Gangbaarheid
- Het woord suikergast staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.