substantie

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • sub·stan·tie
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘stof’ voor het eerst aangetroffen in 1350 [1]
  • afgeleid van het Latijnse 'stāre' (staan) met het voorvoegsel sub- met het achtervoegsel -antie
enkelvoud meervoud
naamwoord substantie substanties
verkleinwoord substantietje substantietjes

Zelfstandig naamwoord

de substantiev

  1. (medisch) (scheikunde) stof (stoffen)
  2. kern van een zaak
  3. (filosofie) wat aan iets anders ten grondslag ligt en daaraan vastheid verleent
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen