studiebeurs

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • stu·die·beurs
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord studiebeurs studiebeurzen
verkleinwoord studiebeursje studiebeursjes

Zelfstandig naamwoord

de studiebeursv / m

  1. (onderwijs), (financieel) een bedrag aan geld dat het mogelijk maakt om een studie te volgen
     D66 komt met een plan voor een nieuwe studiebeurs. In het huidige stelsel voor studiefinanciering zitten enkele knelpunten. D66 stelt daarom een nieuwe studiebeurs voor. Studenten waarvan ouders tot 70.000 euro per jaar verdienen (twee keer modaal), krijgen een studiebeurs van maximaal 400 euro per maand.[1]
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink Weblink bron “Nieuwe studiebeurs van maximaal 400 + 300 euro per maand”, Parlementaire Monitor
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be