strandwandeling

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • strand·wan·de·ling
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord strandwandeling strandwandelingen
verkleinwoord strandwandelingetje strandwandelingetjes

Zelfstandig naamwoord

de strandwandelingv

  1. een wandeling over het strand
    • Omdat het zulk lekker weer was, wilden zij een lange strandwandeling gaan maken. 
Hyperoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid