stotend

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • sto·tend

Werkwoord

vervoeging van: stoten
verbogen vorm: stotende

stotend

  1. onvoltooid deelwoord van stoten


stellend vergrotend overtreffend
onverbogen stotend stotender stotendst
verbogen stotende stotendere stotendste
partitief stotends stotenders -

Bijvoeglijk naamwoord

stotend

  1. een korte duwende beweging makend
  2. iets doend dat hinderlijk is
  3. (eufemisme) de geslachtsdaad bedrijvend of imiterend
    • Twerking: dansen op populaire muziek op een seksueel provocerende manier, inclusief stotende heupbewegingen en al hurkend. [1] 
    • De eerste tip: Turks Fruit. Turks Fruit was dinsdag op tv en kan online ook niet worden nagekeken, dus eenieder die zich had verheugd op een kirrende Monique van de Ven en een stotende Rutger Hauer: helaas. [2] 
Synoniemen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[3]


Verwijzingen