stoplicht

Uit WikiWoordenboek
Stoplicht

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • stop·licht
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord stoplicht stoplichten
verkleinwoord stoplichtje stoplichtjes

Zelfstandig naamwoord

het stoplichto

  1. (verkeer) een installatie die middels gekleurde lichten het verkeer op een kruispunt regelt
    • Dit stoplicht gaat snel weer op rood. 
    • Stoplicht springt op rood stoplicht springt op groen. In Almelo is altijd wat te doen. (Herman Finkers) 
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen