stadskerk
Niet te verwarren met: Stadskerk |
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: stadskerk (hulp, bestand)
- IPA: / ˈstatskɛrək / (2 of 3 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /ˈstɑts.kɛrk/
- (Vlaanderen, Brabant): /ˈstɑts.kɛrk/
Woordafbreking
- stads·kerk
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van stad en kerk met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | stadskerk | stadskerken |
verkleinwoord | stadskerkje | stadskerkjes |
Zelfstandig naamwoord
- (bouwkunde) (religie) een kerkgebouw in een stad
- Voor een stadskerk is dit best een klein gebouw.
- (religie) een kerkgemeenschap in een stad
- Gelukkig ligt de stadskerk lekker centraal.
Antoniemen
- [1],[2] dorpskerk
Hyperoniemen
- [1],[2] kerk
Vertalingen
1. een kerkgebouw in een dorp
2. een kerkgemeenschap in een dorp
Gangbaarheid
- Het woord 'stadskerk' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 2 of 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Invoegsel -s- in het Nederlands
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Bouwkunde in het Nederlands
- Religie in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal