sporenhouder
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- spo·ren·hou·der
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van spore en houder met het invoegsel -n- [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | sporenhouder | sporenhouders |
verkleinwoord | sporenhoudertje | sporenhoudertjes |
Zelfstandig naamwoord
de sporenhouder m
- (plantkunde) plantendeel dat de sporen bevat
Gangbaarheid
- Het woord sporenhouder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.