sperperiode
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: sperperiode (hulp, bestand)
- IPA: / ˈspɛrperiˌjodə / (5 lettergrepen)
Woordafbreking
- sper·pe·ri·o·de
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van sper ww en periode zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | sperperiode | sperperioden sperperiodes |
verkleinwoord | sperperiodetje | sperperiodetjes |
Zelfstandig naamwoord
de sperperiode v
- (België) tijdvak waarbinnen een bepaald verbod geldt
- (België) (handel) de periode voorafgaand aan de koopjesperiode waarin er geen reclame voor prijsverlagingen gemaakt mag worden voor kleding, lederwaren en schoenen
- (België) (politiek) de periode van drie maanden voorafgaand aan verkiezingen waarin er voor het bedrijven van politieke propaganda striktere regels gelden
Verwante begrippen
- [1] koopjesperiode, solden
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord sperperiode staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 11
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 5 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Handel in het Nederlands
- Politiek in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal